dinsdag 10 november 2009

De muur

Gisteren was het dus 20 jaar geleden dat de Muur viel. Radio France Inter en een heleboel andere zenders zaten de hele dag in Berlijn, en ik zat veel in de auto. Daar kreeg ik via de radio allerlei stukken Berlijn op het stuur. ’s Avonds begreep ik dat er ook erg veel televisie in Berlijn was, en staatshoofden en andere people. Ik werd er een beetje moe van.

Ten eerste is het dat oprukkende ‘het is XX-jaar geleden’-gedoe in het algemeen. Het lijkt alsof journalisten niks liever doen dan iets te herdenken dat 10, 20 of 40 jaar (het hoeft al lang geen feestelijke 25, 50 of 100 jaar meer te zijn) geleden plaatsvond, zodat ze niet hoeven na te denken over dingen die nu spelen. In 2008 heb ik zo vaak gehoord dat mei 1968 veertig jaar geleden was, dat ik nog steeds een onprettig snelle hartslag krijg als het jaartal ‘68 genoemd wordt.

En dan dat voortdurende zelfingenomen gepraat over vrijheid en democratie, toen “wij” (het democratische westen) “hen” (het onderdrukte oosten) bevrijdden. Toen zij eindelijk door hadden dat wij gelijk hadden. De woorden vrijheid en democratie zijn zoveel ge(mis)bruikt, dat ze bijna al hun glans verloren hebben.
Ik was in 1989 ook blij dat de muur viel, dat er een eind kwam aan het ene na het andere totalitaire regime, dat grenzen, archieven en monden opengingen. Ik herinner me de euforie nog goed, het optimisme, de hoop en de verwachting.
Wat er twintig jaar later van over is, zijn fastfood en porno. Communisme werd kapitalisme. Dat heeft niks met vrijheid te maken. Ik heb helemaal geen zin de hele tijd aan die teleursteling herinnerd te worden.

zaterdag 7 november 2009

De man van 11 miljoen

Afgelopen woensdag verdween een geldtransportauto in Lyon, met chauffeur en al. De auto werd enkele uren later teruggevonden, geld (zo’n elf miljoen euro) en chauffeur bleven onvindbaar. Voor het leven van de chauffeur werd gevreesd, tot men in zijn appartementje ging kijken. Daar was het keurig opgeruimd. Zelfs de koelkast was leeg, zeiden ze op het radiojournaal. De man had bovendien onlangs zijn bankrekening leeg gehaald. Binnen enkele uren veranderde hij van mogelijk slachtoffer in verdachte.

Het gaat me niet om die elf miljoen, maar om de details. Dat je van plan bent miljoenen te stelen, maar toch je bescheiden bankrekening leeghaalt. Dat je je appartement opruimt, ook al weet je dat je daar niet meer terugkomt. Ik stel me zo voor dat hij de avond voor de grote dag nog even de boel stofzuigt. Hij eet de restjes uit zijn ijskast, drinkt het bodempje wijn wat-ie nog had staan en doet een laatste afwasje. De volgende ochtend maakt hij zijn bed op en strijkt het sprei nog even glad. Bij de deur draait hij zich nog één keer om: de boel is aan kant, op naar een nieuw leven.

donderdag 5 november 2009

Fan

Ik ben voor het eerst officieel fan geworden, op facebook. Ik weet eigenlijk niet waarom ik op het fan-worden-knopje klikte, want ik was al fan. Maar nu weten mijn facebookgenoten dat ook.
Ik ben fan van Fred Vargas. Onder haar officiele achternaam is ze archéozoologue, als Vargas schrijft ze detectives. Ik lees graag detectives, en het liefst die van Vargas.
Vargas schrijft mooi en grappig tegelijk, ze heeft geweldige details en even geweldige personages. Louis Kehlweiler bijvoorbeeld: een gepensioneerd politieman met een pad als huisdier. Bufo heet-ie. Als Kehlweiler er – meestal tegen zijn zin - op uit moet, gaat Bufo mee in zijn jaszak en moet zijn baasje hem af en toe ergens onder een kraan houden. Het toeval wil dat ik óók een fan ben van Kikker en Pad van Arnold Lobel (zou ik dat ook op facebook kunnen aangeven?), en daardoor van de pad in het algemeen. Hoewel ik liever geen pad in mijn jaszak heb zitten, dat nou weer niet.
Dan heb je de drie historici die samen “op chronologische volgorde” een vervallen huis bewonen: de prehistoricus op de eerste, de medieavist op de tweede en de Eerste-Wereldoorlogspecialist op de derde etage. Medieavist Marc werkt, bij gebrek aan een vaste baan, overdag in de huishouding en staat regelmatig met een schort voor in de gemeenschapelijke keuken stapels wasgoed van zijn klanten weg te strijken.
En dan heb je commissaris Adamsberg, de dromerige Pyreneëer die in Parijs is beland en zijn best doet niet elke vraag met “je ne sais pas” te beantwoorden. Ah, Adamsberg…
Woorden schieten me verder te kort. Ga maar lezen.

Vargas is overigens ook vertaald in het Nederlands, én in het Engels. En in 18 andere talen.

woensdag 4 november 2009

de vliegende tijd




Gisterenavond drong het opeens tot me door dat het alweer een jaar geleden is dat ik in Detroit was en hoopte dat Obama gekozen zou worden. Ik heb even door de foto's gebladerd, nostalgisch, natuurlijk, daar heb ik toch al een handje van en november leent zich er uitstekend voor met zijn grijze luchten en alle zielen,terwijl er momenteel ook nog allerlei herinneringen worden opgehaald aan de val van de muur.

maandag 2 november 2009

zielen


Gisteren was het Allerheiligen ofwel Toussaint, vandaag is het Allerzielen. Ziel is âme in het Frans, maar de dag heet fête des morts en niet tousâme of zoiets.
Jour des morts zeggen ze ook, en jour des défunts, maar ik geef de voorkeur aan het feest van de doden. Dat geeft tenminste eens een vrolijk tintje aan de dood.
De begraafplaatsen zien er deze dagen ook zo vrolijk uit met al die bloemen op de graven. Allemaal chrysanten en asters (waartussen ik het verschil overigens niet goed weet); herfstbloemen in ieder geval die lekker lang goed blijven. Ik spreek uit ervaring, want in Nederland kreeg ik ze altijd op mijn verjaardag – ook in november – en die bossen gingen weken mee. Ik associeer asters nog steeds met feest, maar de fransman associeert ze met de dood, vandaar dat ik hier nog nooit zo’n bos kado heb gekregen, al zijn ze in deze tijd van het jaar overal te koop.

In Nederland bezocht ik het graf van enkele dierbaren op hun geboorte- of sterftedag, maar nooit op Allerzielen. Dat is bij mijn weten ook geen Nederlandse gewoonte en dat is jammer. Met zijn allen op de begraafplaats, voor verschillende zielen maar hetzelfde feestje, geeft het bijna iets gezelligs. Dood en droefenis gemengd met vrolijk en gezellig; ik vind dat wel wat. Je kunt natuurlijk zeggen dat het lekker makkelijk is je er met één dag per jaar en een bosje chrysanten vanaf te maken, net zoals mensen zich afvragen waarom je moeders alleen met moederdag zou mogen verwennen, of waarom het alleen met kerstmis vrede op aarde moet zijn. Het antwoord lijkt me in dit geval simpel: het kan welliswaar altijd beter, maar ook stukken slechter.

maandag 26 oktober 2009

kleine vragen (2)


Een andere kleine vraag is, waarom een fabriek er nou ze verschrikkelijk onaantrekkelijk uit moet zien. Deze staat in Villecomtal sur Arros, zo'n 20 kilometer van mijn dorp vandaan. Je kunt er niet eens even binnenwandelen, om een kleine vraag te stellen bijvoorbeeld.

vrijdag 23 oktober 2009

Kleine vragen


Van levensbelang is het niet, maar toch wind ik me er soms over op: dat Franse toetjes in van die kleine potjes zitten. Dat is duurder en geeft meer afval, dus slecht voor het milieu. Alleen fromage blanc zit in een bak van een kilo. Als ik me weer eens over de potjes opwind, koop ik een tijdje kwark, tot ik me dáárover weer schuldig voel tegenover het nageslacht, dat kwark so wie so al saai en klef vindt.

Ik kan me van lang vervlogen vakanties herinneren dat er halve literflesjes Danone-yogurt bestonden. Zelfs die zijn verdwenen. Ik heb er – tijdens een andere opwindperiode - een brief over geschreven aan de firma Danone. Die is waarschijnlijk meteen in de papierversnipperaar verdwenen, want het is al meer dan een jaar geleden en ik heb nog steeds geen antwoord gehad. Nog niet eens een lullig foldertje.

Ik stelde de potjes-versus-literpak-vraag zelfs op een internet-forum, waar ene Nicolas me meteen antwoordde dat dit nu eenmaal is “wat de consument wil”, en dat je anders kommetjes moest afwassen. Ulysses beweerde dat je yogurt, als ‘ie eenmaal in contact is geweest met zuurstof, meteen moet opmaken, en Ines zei dat er vast marktonderoek naar was gedaan. Ook werd ik geadviseerd zelf yogurt te maken of naar een biologische winkel te gaan - antwoorden waar ik tenminste nog iets aan had.
Gwen noemde het een “excellente question” – wat ik erg fijn vond – en sprak over mensen die zich slecht kunnen beheersen en alles in één keer opeten, over onze natuurlijke luiheid (geen afwas), over winst voor de industrie en de natuur als grote verliezer. Mooi gezegd, en ik was geen steek verder.

Ik dacht, ik schrijf pas iets over die potjes als ik het antwoord weet. Maar ik had helemaal geen zin meer om te zoeken. Op sommige vragen zijn nu eenmaal geen antwoorden. Het is gewoon zo. En daar moet je het maar mee doen.