woensdag 10 juni 2009

stemmen en waarnemen


Afgelopen zondag ging ik eindelijk voor het eerst stemmen in mijn dorp. Als niet-Frans ingezetene mag ik dat alleen voor de gemeenteraads-, en de Europese verkiezingen en dan moet ik natuurlijk stemmen op Franse volksvertegenwoordigers.
Ik had ter voorbereiding de kieswijzer van de Europese Unie ingevuld, die mij aanvankelijk bij een mij totaal onbekende partij bracht, maar uiteindelijk was ik er zondagmiddag uit. Dochter ging mee om deze belangrijke gebeurtenis op de foto vast te leggen.

Er hingen nogal wat ouderen rond bij het stembureau, maar qua stemmers was het rustig. Martine, een van onze gemeenteraadsleden, had op dat moment dienst en legde mij de procedure uit. Dat ik twee cartes éléctorales had - ik wist niet meer welke het oudste was - vond ze geen punt. We kennen elkaar tenslotte, zei ze, en je kunt maar één keer je handtekening zetten. Ik stond als nummer twee op de lijst van in totaal drie buitenlandse stemgerechtigden, en daar een extra handtekening tussenfrommelen valt inderdaad op.

Voor haar op tafel lag van elke partij een A5-je. De partij van mijn keuze kon ik daar uitpakken, opvouwen en in een envelopje stoppen. ‘Dat maakt mijn keus niet erg privé,’ zei ik. Ik weet tenslotte dat OVSE-verkiezingswaarnemingsmissies veel aandacht besteden aan de “secrecy of vote” en die leek me hier niet geheel gewaarborgd. Martine antwoordde dat ik ook van alle partijen een papiertje kon pakken en dan in de isolatoir, het stemhokje, daar weer de juiste uit kon halen. De rest kon ik weggooien; er stond een prullenbak.

Dat vond ik zonde van het papier. Martine zei dat ze zich best even wilde omdraaien als ik mijn papiertje pakte. En ze voegde daar aan toe dat mensen thuis al een envelop met al die papiertjes hadden ontvangen en dus ook thuis al konden vouwen. Ik had zoiets niet ontvangen en Martine kon me niet uitleggen waarom niet. De OVSE zou dit onderbrengen onder het kopje “bemoeilijking van het stemmen voor minderheden”, maar ook daar wilde ik niet moeilijk over doen. Bovendien mag Martine best weten dat ik niet voor die enge partij stem die onze burgemeester aanhangt.

De stembus was mooi doorzichtig, ik gooide mijn envelop erin, Martine trok aan een hendeltje, riep “a voté” en dat was dat. Het hendeltje had de teller moeten verschuiven, maar dat mechanisme is al vele verkiezingen geleden stuk gegaan zodat ik de 1543e kiezer bleek te zijn. Mijn dorp heeft 131 stemgerechtigden. Ik ben bang dat een beetje waarnemer een kruisje bij ‘slecht functionerend materiaal’ zou moeten zetten.
Toen dochter en ik later terugkeerden om het tellen bij te wonen – iets dat als gewoonlijk weer binnen tien minuten gepiept was; er waren 74 stemmen uitgebracht – bleek de stembus ook niet op slot te kunnen.

Dit zijn zo de charmes van een oude democratie.