woensdag 12 januari 2011

nooit meer klagen

Het leek me niet nodig 2011 met veel toeters en bellen en goede voornemens in te luiden; tenslotte heb ik in 2010 al een flinke nieuwe start gemaakt en dat hoef je niet nog eens over te doen als het jaartal toevallig verandert. Gestopt met roken ben ik ook nog niet.
Maar toch heb ik me ergens in de eerste dagen van januari iets voorgenomen dat door de timing wel onder de goede voornemens geplaatst kan worden: ik ga niet meer klagen, niet meer zeuren en niet meer boos worden, zelfs niet op mijn gesalarieerde medemens die toevallig ambtenaar is.

Ik bleef dus geduldig en vriendelijk aan de telefoon toen ik bij het Tribunal informeerde waarom ze me voor een tolkdienst in augustus nog steeds niet betaald hadden. Ik wenste de mevrouw ter afsluiting zelfs een bonne année, terwijl ze me net verteld had dat het nog wel een paar maanden kon duren in verband met de "periode de transition" die de rechtbank doormaakte. Een uitdrukking om te onthouden: "Het spijt me, maar ik kan uw factuur voorlopig nog niet betalen. Ik bevind me momenteel namelijk in een overgangsperiode die nog wel een paar maanden kan duren." Als ik meteen was gaan blaffen en briesen, zou ze mij deze geweldige zin vast onthouden hebben. Nu liet ze zich zelfs ontvallen dat de tolken al sinds juni niet betaald zijn, wat niet alleen een interessant weetje is, maar waar ook enige troost van uit gaat: er zijn mensen die al meer dan zeven maanden wachten!
De telefonische verkoper heb ik weliswaar meteen de mond gesnoerd, maar door hem een prettige dag en veel succes te wensen; een theepot zonder deksel - ja, gebroken - is ook een theepot; dat prijzen altijd omhoog en nooit omlaag gaan is kun je zien als een positieve, want opgaande, ontwikkeling, en dat de Ursaff nog niet op mijn reuze vriendelijke mailtje heeft geantwoord komt omdat ze heel goed over hun antwoord nadenken.

Deze positieve instelling gaf mij een tevreden en vrolijk gevoel. Helaas - ik begon me net af te vragen of ik kans maakte op de nobelprijs voor vrede - had ik daarna een terugval, nota bene tegenover een leerling. Toen ze voor de zoveelste keer zei dat iets 'typiquement français' was, en er in een adem bij vertelde hoeveel beter dat in Engeland was, kreeg ik een soort hersenvernauwing die alleen bij echte woedeaanvallen optreedt. Ik vond dat ik me nog redelijk in de hand hield: ik heb het rode waas voor mijn ogen weggeknipperd, gezegd dat ze ook gewoon naar Engeland kon terugkeren en vervolgens snel het oefenboek geopend.

Nu vraag ik me af: zou ik me beter gevoeld hebben, als ik ook hier vriendelijk en aardig was gebleven, of juist als ik zou hebben toegegeven aan mijn impuls haar goed door elkaar te schudden en te zeggen, nee, schreeuwen, dat ze nou eindelijk eens moest ophouden met dat eeuwige gezeur en die afschuwelijke arrogantie om haar vervolgens voorgoed uit mijn klas en leven te bannen?