maandag 26 maart 2012

Wortels en takken (2)


Mijn zoon is al enige tijd Fransman. Hij woont hier al langer dan in Nederland en voelt zich meer Frans dan Nederlands. Bovendien wil hij kunnen stemmen. Nee, ik vind het niet erg dat mijn zoon Fransman is. Integendeel, ik ben er trots op. Ik ben er trots op dat hij kort na zijn 18e verjaardag zijn naturalisatie in gang zette. Het is een duidelijk gebaar, een echte keuze.
Maar ergens in mij wilde iets dat hij ook Nederlander bleef. Ik kan dat niet met duidelijke argumenten onderbouwen. Die zijn er ook niet. Nederland is een keurig Europees land. Frankrijk is een keurig Europees land. Hij hoeft noch in het ene, noch in het andere land in dienst. Beide landen hebben mooie en irritante trekjes.
Het is gewoon omdat eh… nou ja, omdat je er geboren bent. Omdat je familie Nederlands is. En oké, ook om de Nederlandse staat en het gezeur over dubbele nationaliteit een beetje te sarren. Want zo vaderlandslievend ben ik ook weer niet. Ik vraag me zelfs af, of ik ook Frans zal worden. En of ik dan recht heb op een officiële ontnederlanding, waarbij alle paspoorten van ontrouwe Nederlanders – de verraders die zomaar de nationaliteit van een ander land verkozen – verbrand worden en we vervolgens met pek en verbrandde paspoortsnippers besmeurd het land uit worden gestuurd.

En dan ben ik Française, niveau tak. Met één paspoort. Ik heb dan gekozen voor één land, zoals Nederland wil. Dan kan ik mijn nieuwe vaderland niet meer ontrouw zijn. Ik lees alleen nog maar Le Monde en nooit meer de NRC. Ik eet geen erwtensoep, vergeet André Hazes en verbrand mijn Nederlandse boeken. Dat gebeurt neem ik aan vanzelf, als je geen Nederlands paspoort meer hebt. Ik kan dan ook voor Frankrijk gaan spioneren in Nederland. En als Nederland en Frankrijk in oorlog raken, zing ik alleen de Marseillaise.
 
Waar je wel of niet hoort, waar je wortels liggen, waar anderen denken dat je wortels liggen of zouden moeten liggen, of die wortels belangrijk zijn en zo ja waarom, het blijft intrigerend.
Je hebt eeuwenoude bomen die nooit van hun plaats komen. En je hebt bloemen die hun zaadjes door de wind laten verspreiden over de aardbol.
Misschien ben ik een paardenbloem.